Als je overlijdt terwijl je met pensioen bent, stopt het pensioen voor jezelf automatisch. Dat ouderdomspensioen is bedoeld als inkomen voor jou zolang je leeft.
Heb je een partner? Dan is er in veel gevallen een partnerpensioen geregeld. Dit is het pensioen dat jouw partner ontvangt als jij overlijdt, ook als je al met pensioen bent. De hoogte van dat partnerpensioen hangt af van de keuzes die je hebt gemaakt toen je met pensioen ging.
Overlijd je terwijl je met pensioen bent? Dan krijgt je partner het partnerpensioen dat is vastgesteld op het moment dat je met pensioen bent gegaan
Tot aan je pensioeningang heb je ouderdomspensioen en partnerpensioen opgebouwd. Op het moment dat je met pensioen bent gegaan kon je ervoor kiezen om (een deel van) het partnerpensioen om te zetten in extra ouderdomspensioen voor jezelf. Je partner moest hier mee instemmen. Andersom kon ook: je kon juist kiezen voor een hoger partnerpensioen in ruil voor een iets lager ouderdomspensioen. Wil je weten wat er precies voor jouw partner is geregeld? Kijk dan op Mijn pensioen.
Heb je geen partner of kinderen die recht hebben op een partnerpensioen?
Dan keren we na je overlijden niets uit. Je opgebouwde pensioen blijft dan in het pensioenfonds.
Kort samengevat:
- Je eigen pensioen stopt zodra je overlijdt.
- Je partner ontvangt partnerpensioen zolang hij of zij leeft als er hiervoor pensioen aanwezig is.
- Krijg je na pensioneren een nieuwe partner? Dan is er voor hem of haar geen partnerpensioen.
- De hoogte van het partnerpensioen hangt af van de keuzes die je maakte toen je met pensioen ging.
- Heb je het partnerpensioen omgezet in extra ouderdomspensioen voor jezelf? Dan is het partnerpensioen lager of helemaal vervallen.
- Er is geen uitkering aan nabestaanden als je geen partner hebt.
|
|
|
